4 miljoen Belgen bouwen pensioenkapitaal via groepsverzekering of VAPZ op

15 november 2022

Meer dan 4 miljoen Belgen bouwen een extra pensioenkapitaal op via een groepsverzekering, een Vrij Aanvullend Pensioen voor Werknemers (werknemers), een Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen of een Individuele Pensioentoezegging (zelfstandigen). Allen samen vergaarden ze zo al meer dan 100 miljard euro aan 'reserves'.

Het aantal mensen dat via de zogenaamde tweede pijler een pensioenkapitaal opbouwt, is gestegen tot 4.170.000 mensen. Dat zijn er 3% meer dan in 2021, berekende de FSMA. Het aantal stemt overeen met circa 83% van de beroepsbevolking. In 2021 bleef de wijzer nog staan op 80%.

De pensioenrechten die ze opbouwden, de zogenaamde reserves, vertegenwoordigen intussen een totaalbedrag van 101 miljard euro. Dat is 5% meer dan vorig jaar. Bij de werknemers bedragen die reserves 69,6 miljard euro, bij de zelfstandigen 31,5 miljard euro.

De gemiddelde verworven reserve van wie een aanvullend pensioen opbouwt en de pensioenleeftijd nadert – de leeftijdscategorie van 55- tot 64-jarigen - bedraagt 58.635 euro. Achter dit globale gemiddelde gaan echter grote verschillen schuil. Zo bedraagt de mediaanreserve voor de 55-64-jarigen slechts 10.012 euro. De helft heeft meer dan dit bedrag, de andere helft minder.

Tussen de professionele statuten zijn er grote verschillen qua verworven reserves. Zo beschikt een zelfstandige bedrijfsleider gemiddeld over een pensioenreserve van 86.935 euro, terwijl een aangeslotene bij een sectorplan voor werknemers gemiddeld een reserve heeft van 2.386 euro.

Bij mannen ligt de gemiddelde verworven reserve voor die leeftijdscategorie op 73.716 euro. Dat is het dubbele van het gemiddelde van 36.429 euro bij vrouwen.

De cijfers houden geen rekening met de pensioeninspanningen in de zogenaamde derde pijler, die het individuele pensioensparen en het langetermijnsparen omvat.