Vier manieren om als gepensioneerde aan 1.000 euro extra per maand te geraken

27 april 2017

Wie bovenop zijn wettelijk pensioen levenslang netto 1.000 euro wil ontvangen, zal daarvoor tijdig moeten starten met sparen. Om een dergelijk bedrag te ontvangen, is immers een kapitaal van zowat 416.000 euro nodig.

Lijfrente biedt een oplossing

De berekening van de extra uitkering is gebaseerd op een belegging in ING Lifelong Income. Die tak23-beleggingsverzekering garandeert de spaarder vandaag bij een inleg van 416.326,50 euro op 65-jarige leeftijd een levenslange lijfrente van 1.000 euro netto per maand.

De uitkering wordt telkens onttrokken uit het fonds waarin geïnvesteerd wordt. Elke drie jaar wordt de situatie niettemin bekeken. Lopen de beleggingen beter dan verwacht, dan wordt de uitkering levenslang opgetrokken. Is het resultaat minder, dan behoudt de spaarder zijn 1.000 euro per maand. Dat blijft zo, zelfs als zou het hele fonds ‘opgegeten’ zijn door de uitkeringen. Overlijdt de consument vooraleer alles ‘op’ is, dan ontvangt hij de restwaarde uit het fonds.

Hoe bereik je het startkapitaal?

Hoe kom je nu aan het gewenste startkapitaal van zowat 416.000 euro? Door vooraf te sparen. Hoe eerder je ermee start, hoe kleiner de maandelijkse spaarinspanning is. Wie op 30 jaar begint, zou bij een jaarlijkse opbrengst van 4,63% elke maand 404 euro moeten opzijzetten. Wacht men tot 50 jaar, dan moet je bij een rendement van 3,02% al 1.833 euro per maand opzijzetten.

Om het nodige kapitaal te bereiken, kun je ook kiezen voor een combinatie van beleggingen die door de overheid met een fiscaal voordeel worden ondersteund:
• De groepsverzekering: werkgever en werknemers stoppen een deeltje van hun loon – vaak respectievelijk 2% en 1% - in een spaarverzekering. Op de pensioenleeftijd geeft ze recht op de uitbetaling van een kapitaal. Eventueel is ook een uitkering bij vervroegd overlijden in de polis opgenomen.
• Het pensioensparen. Hiervoor kunnen particulieren tussen hun 18de en 64ste jaarlijks tot 940 euro storten in een pensioenspaarfonds of in een pensioenspaarverzekering. In het eerste geval zal je storting worden belegd in een aandelenfonds zodat de opbrengst ervan volledig afhangt van de evolutie van de financiële markten. Bij een verzekeringsformule krijg je doorgaans een gewaarborgde rente die nog kan worden aangevuld met een winstdeelneming indien de verzekeraar je storting met winst kan herbeleggen. Daarnaast bieden verzekeraars ook een aandelenformule aan.
• Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen. Hier storten de zelfstandigen een deel van hun inkomen in een spaarverzekering. Maximaal mogen ze in deze formule 8,17% van hun geherwaardeerd netto belastbaar beroepsinkomen van drie jaar terug (2014) stoppen. De absolute bovengrens is voor 2017 vastgelegd op 3.127,24 euro. Voor een Sociaal VAPZ, dat ook een stuk sociale bescherming biedt, bedraagt de premie maximaal 9,40% van het beroepsinkomen, met voor 2017 als maximale bovengrens 3.598,05 euro.
• Langetermijnsparen. Deze formule geeft iedereen de kans om jaarlijks een bedrag opzij te zetten in een spaarverzekering, die op de pensioenleeftijd kan worden opgevraagd. De maximale storting voor 2017 bedraagt 2.260 euro.