Is een kasbon interessanter dan een termijnrekening?
Maakt de kasbon een comeback? Vandaag biedt alleen de kleine bank CPH dergelijke spaarformule aan, maar Belfius kondigde al aan dat het de bon later dit jaar opnieuw lanceert. Mogelijks zullen andere instellingen dan volgen. Maar wat is nu het interessantste? Een termijnrekening of een kasbon?
Een kasbon kan je vergelijken met een staatsbon. Het gaat om een bewijs dat u voor een bepaalde termijn geld toevertrouwd hebt aan een bank. Die verbindt er zich dan toe om op geregelde tijdstippen – meestal jaarlijks – een rente uit te betalen. Die rente ligt op voorhand vast. Er zijn dus geen verrassingen voor de spaarders.
Doorgaans hebben de bons een looptijd van 1 tot 10 jaar. Op de eindvervaldag krijgt de spaarder ook zijn ingelegd kapitaal terug.
Het verschil tussen de staatsbon en de kasbon is dat de staatsbon wordt uitgegeven door de overheid. Bij een kasbon is dat door een bank.
Aan toonder
Vroeger waren kasbons heel gewoon. De banken gaven voor miljarden aan dergelijke effecten uit, vooral toen de effecten nog fysiek in omloop gebracht mochten worden. Men sprak toen van effecten aan toonder. Wie het effect had, was er meteen de eigenaar van.
Sinds 2008 mogen er echter geen effecten aan toonder meer worden uitgegeven. Ze moeten nu meteen op een effectenrekeningen worden geplaatst.
Dit zorgt ervoor dat ze hun voordeel grotendeels verloren. Op de uitgifte van kasbons moesten banken immers een taks op de aflevering van effecten betalen. Op termijnrekeningen moesten ze dat niet. De banken schakelden dan ook volledig over op termijnrekeningen, die volgens hetzelfde principe als een kasbon werken. U plaatst het geld dat u niet meteen nodig heeft meteen voor een vooraf afgesproken termijn bij uw bank tegen de rente die u heeft afgesproken. U weet direct hoeveel rente u voor x aantal maanden of x aantal jaren krijgt. Ze kan tussentijds niet meer worden aangepast. Dat is vooral handig mocht in een periode met dalende rentes. In dat geval blijft u langer van de oude en hogere rente genieten. In een periode met stijgende intrestvoeten is het omgekeerde het geval. Dan blijft u langer belegd tegen een lagere intrestvoet.
Op de intresten van termijnrekeningen en kasbons moet u wel 30% roerende voorheffing betalen. Krijgt u bijvoorbeeld 2,70% voor een termijnrekening op drie jaar, dan schiet daar netto nog 1,89% van over.
Zowel termijnrekeningen als kasbons vallen onder de staatsgarantie. Mocht uw bank over de kop gaan, dan garandeert de overheid dat u uw spaargeld tot minstens 100.000 euro kunt recupereren. Het maakt daarbij niet uit of uw tegoeden op een zichtrekening, een spaarrekening, een termijnrekeningen of een kasbon staan.
Verschillen
Toch zijn er verschillen. Zo is een termijnrekening een rekening op uw naam bij een bank. Een kasbons is dan weer een effect, dat u in een effectenrekening moet plaatsen. Dat laat u ook toe om de kasbon desgewenst naar een andere financiële instelling te laten overschrijven. Met een termijnrekening kan dat niet.
Ook kunt u de kasbon tussentijds verkopen, wat bij een termijnrekening evenmin kan. U kunt wel proberen die voortijdig te laten vereffenen, maar daarvoor moet u wel hopen op een medewerking van uw bank. Ze is daartoe niet verplicht.
Een nadeel van een kasbon op een effectenrekening is dan weer dat de bank u voor het beheer van de effectenrekening kosten kan aanrekenen, al gebeurt het beheer voor de effecten die door de eigen instelling worden uitgegeven doorgaans gratis.
Een ander voordeel is dat een termijnrekening uw bankier de mogelijkheid biedt om u om commerciële redenen een hogere rente te geven dan de rentevoet die hij afficheert. Komt u dan met een groot bedrag aandraven, dan kan hij iets extra’s doen. Bij een kasbon is dat niet het geval.
Tip: Hier vindt u de termijnrekeningen met de hoogste opbrengst
Tip: Hier vindt u de kasbons met de hoogste opbrengst
Log in om reacties to posten. Geen login? Registreer u hier.