Jongeren lenen kleiner deel van hun vastgoedaankoop
De hogere rente op woonleningen deed vooral de oudere leeftijdsgroep, die vastgoed kocht om te investeren, afhaken. Daardoor gaat een groter deel van die kredieten weer naar jongeren. Zij lenen wel een kleiner gedeelte van hun aankoop dan vroeger, blijkt uit gegevens van marktleider BNP Paribas Fortis. In 2019 ging het nog om 86% nu is dat nog 79%.
Vorig jaar werden in ons land 180.000 hypothecaire woonkredieten afgesloten, goed voor een totaalbedrag van 29,9 miljard euro. Die cijfers lagen zowat 30% lager dan in 2022. Toen werden nog 255.000 leningen toegekend voor een recordbedrag van 42,8 miljard euro.
Bij marktleider BNP Paribas Fortis werden 7% van de toegestane leningen nog opgenomen door 55+’ers. Het jaar voordien waren ze nog goed voor 14% van alle leningen. Zij kochten vooral vastgoed als investering. Door de stijging van de rente was een lening daarvoor een pak minder interessant geworden.
Mede daardoor werd een groter deel van de toegestane leningen opgenomen door jongeren. Het aandeel van jongeren tot 30 jaar steeg van 20% naar 29%. Wordt de groep uitgebreid, dan ging 47% van alle leningen naar kredietnemers tot 35 jaar.
Opvallend is dat ze wel een kleiner percentage van hun aankoop lenen dan vroeger. In 2019 ging het nog om 86%, vorig jaar was de zogenaamde quotiteit gedaald tot 79%. Dat betekent dat de eigen inbreng is toegenomen. En een groot deel daarvan lijkt afkomstig te zijn van de ouders of naaste familieleden van de jonge kredietnemers”, zegt Jean-François Tilly, specialist hypothecaire kredieten bij BNP Paribas Fortis.
Die steun van de ouders moet de lening ook betaalbaar houden, nu de rente is gestegen. Wie maandelijks 1.000 euro kan terugbetalen, kon begin 2022 tegen een rentevoet van 1,38% nog 209.283 euro lenen. Bij een rentevoet van 4% begin 2024 was dat gezakt tot 166.118 euro. Een andere oplossing is een langere aflossingsduur, bijvoorbeeld 30 jaar.
Log in om reacties to posten. Geen login? Registreer u hier.